zaterdag 20 september 2014

Bijeenkomst 4: werkprocessen


Animatiefilm 
Deze bijeenkomst was aansluitend op bijeenkomst 3. We hebben de racewagen laten 'rijden'. Door middel van ongeveer 100 foto's hebben we met een groepje van 4 een animatiefilmpje gemaakt waarbij het lijkt of de auto's rijden. Voorwaarden: snelheid, strijd en een spectaculaire crash. Eerst hebben we een storyboard gemaakt, twee auto's rijden op de weg en botsen uiteindelijk tegen elkaar aan. Dit is een ontwerpproces. Vervolgens hebben we de achtergrond bepaald en de benodigdheden bij elkaar gezocht. We hebben een webcam gebruikt en een zwarte papieren achtergrond op een bankje gelegd. Daar hebben we gebouwen op getekend met krijt. Twee van ons hebben de auto's stapje voor stapje verder gezet. De derde zorgde voor schaduw, want het was anders overbelicht. De vierde persoon maakte de foto's. We hebben de vleugels laten bewegen en gezorgd voor een grote crash. Het maken van de animatie valt onder een ambachtelijk werkproces. Ik vond het persoonlijk erg lastig om het filmpje te maken. We hebben vanuit 1 camerastandpunt gefilmd. Achteraf gezien hadden we meerdere standpunten kunnen nemen en wellicht een betere verhaallijn kunnen bedenken. Ik heb er veel van geleerd. Het verbaasd me vooral hoeveel tijd het kost en energie het kost om een korte film te maken. Vandaar dat ik natuurlijk toch trots ben op onze animatie.

Bijeenkomst 3: werkprocessen

CreĆ«ren van beweging  
De opdracht was een racemonster te maken van klei. Dit is een experimenteel werkproces. Voorwaarden: beweegbare onderdelen, snelheid uitstralen en hij moet er monsterlijk uitzien. De auto lijkt snel doordat hij laag bij de grond beweegt, achter grote wielen heeft en redelijk gestroomlijnd en glad is. De 'vleugels' kunnen bewegen en de wielen kunnen draaien door het gebruik van ijzerdraad. Hij kijkt boos met behulp van de wenkbrauwen.





Ik vind het een goede racewagen geworden. Wel vond ik het lastig hem monsterlijk te maken omdat hij ook snel moest zijn en dus niet te groot en lomp moest worden.


vrijdag 12 september 2014

Bijeenkomst 2: beeldcultuur



klassiek, modern, postmodern
Kunststromingen herkennen 
De kunststromingen klassiek, modern en postmodern zijn besproken. We hebben plaatjes van
verschillende schilderijen, gebouwen en kunstontwerpen bij de juiste stroming gelegd. Als je als leerkracht op de basisschool met kunst gaat werken, dan is het goed om te bespreken wat de inhoud en bedoeling van de kunst is. Kinderen moeten wel weten waarom ze bijvoorbeeld een schilderij of beeld gaan maken, zodat het beeldend is en niet alleen technisch (zoals het namaken van Mondriaan, zonder zijn visie te weten).



Beeldbeschouwing 'De Toren van Babel' 
Ik heb voor de huiswerkopdracht gekozen voor De Toren van Babel uit 1653, door Pieter Bruegel de Oude. Dit is een schilderij uit de klassieke periode van voor 1860. Het beeld een verhaal uit de Bijbel uit. Het volk spreekt nog slechts een taal en de leider Nimrod wil samen een stad met een toren bouwen dat tot de hemel reikt om  bij God te kunnen komen. God daalde af en het leek hem niet goed dat er maar een taal was, want hij zag waartoe ze in staat waren. Hij zorgde voor spraakverwarring en hierdoor konden de duizenden bouwvakkers de toren niet meer afmaken. Babel betekent verwarring. God verdeelt de mensen in allerlei volkeren met een eigen taal. Les voor vandaag de dag is dat het wellicht niet goed is om een wereldtaal te hebben. De Toren staat symbool voor de hoogmoed van de mens, maar ook voor de nietigheid en vergankelijkheid van de mens. Je ziet links een leider op het schilderij, de mensen knielen en buigen voor hem. Schepen geven aan dat er mensen van ver zijn gekomen. 
Belangrijk is om deze achtergrond (in andere woorden) aan kinderen te vertellen, mocht je dit gebruiken in een les. Zij kunnen dan hun eigen interpretatie geven en er zelf een beeld bij maken. Wat zij maken hoeft dan niet op dit schilderij te lijken. 







zaterdag 6 september 2014

Bijeenkomst 1: lesfasenmodel


Beeldend te werk gaan via instructie 
We kregen een opdracht met als doel een hoge toren te maken met de naam van het beste restaurant van Parijs in de spits. Niet wetend dat een van de andere groepjes een zeer specifieke opdracht had met een instructie hoe de toren gebouwd moest worden.
Essentie van de les was dat er wel een opdracht gegeven werd, maar je er ook nog je eigen interpretatie aan kan geven. Beeldend te werk gaan en samen nadenken over het vormgeven. Samen tot een bepaald resultaat komen, zonder een voorbeeld na te maken.